Road to the Dead Sea and the Road to Nowhere…
Door: Johan Smit
Blijf op de hoogte en volg Johan
04 November 2012 | Israel, Tel Aviv
Zoals gewoonlijk beginnen we met het ontbijt… Maar vandaag eens lekker pas rond een uurtje of 8… De dag gewoon lekker rustig beginnen… Rond kwart voor 9 stappen we dan in de auto en stellen onze navi van het merk Fujicom in om naar de Dode Zee te gaan… Nu is het niet zo dat wij Israël op ons duimpje kennen, maar zoals de Duitstalige mevrouw van onze navi ons gaat sturen gaat er bij ons niet in… Wij willen naar een plek een 40-tal kilometers rechts van Jeruzalem… Bij elkaar zo’n 110 km dus, maar mevrouw Fujicom bericht ons dat we ruim 3 uur moeten gaan rijden… Dat gaan we dus niet doen… We besluiten alle commentaar van mevrouw Fujicom te negeren en rijden richting Jeruzalem… Constant corrigeert ze ons maar wij gaan stoïcijns verder… In de buurt van Jeruzalem staan dan al de borden Dead Sea terwijl mevrouw Fujicom ons nog steeds links om Jeruzalem wil laten rijden…
Wij vervolgen onze weg en al snel is mevrouw Fujicom van de leg, ze snapt er niets meer van en geeft het op: unknown road… Mooi, stil… En dan duiken we een deel van Israël in waar je het mensengrote verschil ziet tussen het rijke Westen en de armoede in het Oosten… Ik kan niet oordelen over hoe deze mensen het zelf ondervinden, maar de onderkomens van groepjes nomaden zijn (denk ik) niet echt van deze tijd… De omgeving is hier onherbergzaam en warm, er groeit bijna niets… Dit is echt een heel andere wereld dan de streek tussen Tel Aviv en Jeruzalem, waar bomen groeien en plantages zijn… Hier is het stenen en zand…
We belanden op een lange weg met rechts stenen en zand en links zie je in de verte de Dode Zee… En hoe dichter we bij deze Dode Zee komen hoe meer het stinkt hier… Die Dode Zee is echt dood… Dan is de Dode Zee echt dichtbij en besluiten we onze eerste stop te doen… We stappen onze airco-gekoelde huurauto uit… Wat een hitte… En het is niet eens zomer… Ruim 33 graden… We maken wat toeristieke foto’s… Patrick komt er achter dat mensen werkelijk overal troep achterlaten… We staan in de middle of nowhere en Patrick stapt in een stuk glas… Gelukkig blijft het bij een oppervlakkig krasje maar het anders kunnen zijn… Nog een paar foto’s voor het thuisfront en we gaan verder…
We rijden zuidwaarts naar En Gedi… Daar kunnen we gaan dobberen in de Dode Zee… Dat kan op meer plaatsen natuurlijk, maar hier is het onder toezicht van een strandwacht… Want dobberen in de Dode Zee is niet zonder gevaar… Er wordt afgeraden onder water te gaan, wat op zich al een hele toer zou zijn want temet onmogelijk… Maar als je het toch probeert en je krijgt per abuis een slok water naar binnen is het noodzaak hulp te zoeken… Hier kan je namelijk tamelijk beroerd van worden met de dood tot gevolg… Ik kan niet meteen vinden waarom, maar waarschijnlijk heeft dat te maken met de gigantische hoeveelheden zoute mineralen die er in het water zitten… We hebben het maar niet geprobeerd… Wat we wel hebben geprobeerd is het drijven in de Dode Zee… En dat is echt een ervaring… Waanzinnig… Je weet niet je overkomt… Je drijft gewoon… Hoe je jezelf ook wendt of keert… Het is zalig… Op je rug, oogjes toe en dan een kwartiertje of langer dobberen… In de stralende zon…
In de stralende zon Johan??? Maar dan verbrandt je toch levend met je door je ouders geschonken tere witte huid??? Nee dus, want de Dode Zee heeft een groot voordeel voor albino zonaanbidders… Het ligt zo laag (400 meter onder zeespiegel), dat de zon hierdoor het grootste gedeelte van haar gevaarlijke UV-straling al heeft verloren… Teinten zonder verbranden, ik blijf hier…
Het water van deze Dode Zee voelt heel raar aan… Door al die mineralen lijkt het wel een soort van olie… En dan bedoel ik geen smeerolie, maar meer zo’n “ik smeer het lekker op mijn huid want daar wordt mijn huid lekker soepel van”-olie… Wel die doorzichtige olie, niet die Oil of Olaz… Nou, mijn huid voelt nu ook aan als een vers perzikje, en dat is geen grap…
Terwijl we daar dus lekker liggen te dobberen en onze huid soepeler en soepeler wordt, wordt de temperatuur hoger en hoger… Dus je begint te zweten… In als zijn onschuld wrijft Patrick even het zweet van zijn ogen… En dat schijnt dus heel erg pijn te doen… Je handen liggen net nog in de Dode Zee en het volgende moment wrijven ze het zweet uit je oog… Lesje geleerd, nooit meer doen… Zout in je ogen is niet fijn, vraag Patrick maar…
Maar de dag is nog lang, we gaan verder… We spoelen ons af, drinken wat lekkers, stappen in de auto en gaan op zoek naar wat te eten… Al snel vinden we een plekje waar we wat kunnen eten, simpel, genoeg, mooi uitzicht over de Dode Zee… En dan is het op naar Bethlehem, de geboorteplaats van Hij die heeft moet sjouwen met dat belachelijk zware kruis… We stellen mevrouw Fujicom in, maar al wat ze doet, ze laat ons niet zien waar we heen moeten… Maar we zijn niet stom, we vinden het zelf wel… Dachten we…
Mevrouw weet de weg niet, wij wel de weg naar Jeruzalem… Al snel komen we daar aan en vandaar moeten we natuurlijk ook wel naar Bethlehem komen… Want als Maria en Josef en Jezus en al die andere bijbelse figuren de weg van Bethlehem naar Jeruzalem konden vinden en vice versa (en dat zonder navi), moet dat ons toch zeker ook wel lukken…
Nou, met de beste wil van de wereld en met de slechtste navi die ik ook ooit heb gezien, we hebben Bethlehem niet gevonden… En Bethlehem ons ook niet… Wederom raadplegen we, tegen beter weten in, mevrouw Fujicom… En ja hoor, daar gaan we en we eindigen in heel rare straatjes in Oost Jeruzalem… Al snel voelen we ons niet zo heel erg op ons gemak… Dit is een totaal andere wereld… We rijden rustig door… Geen paniek, vooral geen paniek… Op het filmpje (http://youtu.be/fveOwYt5l9c) zie je wat wij gezien hebben... Dat lijkt mee te vallen, maar je voelt je echt niet prettig, twee Westerlingen in dit deel van Jeruzalem... Uiteindelijk zijn we zonder kleerscheuren en zonder autoscheuren weer op de goede weg beland… Op ons instinct af proberen we richting Tel Aviv te gaan… Proberen… We gaan toch mevrouw Fujicom weer even raadplegen, misschien is ze weer bij haar zinnen gekomen, maar niets is anders waar, want we komen Jeruzalem niet uit… Mevrouw Fujicom snapt het weer niet en we worden kriskras door Jeruzalem gestuurd… We zijn het zat, gooien mevrouw Fujicom door het raam (denkbeeldig) en rijen op eigen inzicht naar Tel Aviv/Ramat-Gan…
Dat eigen inzicht werkt goed en al snel zijn we in Ramat-Gan… Maar voor we naar het hotel gaan eerst even de auto aftanken, want morgen moeten we deze afleveren… Dat afleveren gebeurt op Gezer Power Plant zodat we morgen lekker met eigen vervoer naar ons werk kunnen gaan… Het aftanken werd een hele onderneming… Allereerst staan we aan de verkeerde kant van de pomp… De slang van deze pomp is te kort om hem naar de andere kant van de auto te krijgen… Op naar de andere kant… Slang in gat, handvat indrukken, niets… Nog maar proberen, weer niets… Dan komt er een mannetje ons vertellen dat we met een credit card moeten tanken, maar we willen cash tanken… Dan moet je die pomp daar hebben… Aangkomen bij “die pomp daar” een schreeuw van datzelfde mannetje “no, ze azzer one”… Okay, ze azzer one dan… Slang in gat, handvat indrukken, niets… Dan maar met credit card proberen en het display zegt in het mooiste Hebreeuws wat we moeten doen… Dat gaat dus niet lukken… We willen cash betalen… Ja, dat moet u daar doen… Ja, maar er komt niets uit… Eerst betalen… Eerst betalen beste man, we weten toch niet hoeveel Sjeqels er in die tank gaan… Er wordt nog een mannetje bijgeroepen… Eerst betalen… Maar beste meneer nr. 2, we weten toch etc. etc. etc… Pfff, moeilijk… Uiteindelijk wordt er na onderling overleg besloten de pomp dan toch maar vrij te geven zodat we na het tanken kunnen betalen… Tank vol, op naar het hotel… Tijd voor een biertje en voor een verhaaltje…
De indrukken die ik de afgelopen 2 dagen heb opgedaan zijn overweldigend… Ik heb een baan waardoor ik op hele rare plekken, hele mooie plekken, heel confronterende plekken kom… Ik hou van ze allemaal, ik zal geen vergeten… Hoelang we hier nog zitten, geen idee… Daar komen we vanzelf achter… Maar tot nu: verhaaltje schrijven, foto’s downloaden, slapen gaan… Dat gaat het worden vanavond…
En dat ging het dus niet worden gisteravond… Ik besluit mijn verhaaltje aan de bar van het hotel in te tikken, maar daar werd het even te gezellig… Dan maar morgen op Gezer Power Plant, want daar heb ik over het algemeen tijd genoeg…
Enfin, we stappen dus hedenmorgen in onze huurauto, stellen mevrouw Fujicom in en gaan op weg… Mevrouw Fujicom stuurt ons mooi richting Gezer, voorbij Gezer, een stad in en daar staan we dan… Mevrouw Fujicom is weer totaal de weg kwijt… What the fuck… Doelloos sturen we rond… We zien de schoorstenen van Gezer, maar we komen maar niet in de buurt… Toch maar even mevrouw Fujicom doorlichten en ver weg in het menu vinden we “favorieten” met daarin het woord Gezer… Dat moet hem worden… En ja hoor, mevrouw Fujicom hervindt haarzelf en daar gaan we, een weg in die kleiner en kleiner wordt, opeens van het scherm verdwijnt en daar staan we, een doodlopende weg… Met voor ons een treinbaan, daarachter een weg en dáárachter Gezer… Omdraaien en opnieuw beginnen… Langzaam maar zeker kruipen we dichter richting Gezer en opeens herstelt mevrouw Fujicom haarzelf weer en stuurt ons, halleluja, in de juiste richting… Gezer, we zijn er!!!
En nu dan in alle rust verhaaltje uploaden, fotootjes erbij… En tot ziens allemaal…
להאמין בעצמך, ואז תוכל להגיע לשם
Johan
-
04 November 2012 - 19:11
Ma En Maarten:
lieve johan,
eindelijk weer eens een berichtje uit wognum,we genieten van je verslagen,
vooral over de dode zee.je maakt wel wat mee,we denken alle dagen aan je
want je weet mama vergeet je nooit,als je ons maar niet vergeet.
veel liefs van mama en maarten tot gauw.kusjes.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley